29 augustus, 2006

Zwarte Zeekust en Istanbul

Een extra dag in Dogubayazit. Voor het gemak de slaapzak uit de rugtas gelaten om ook door de paarden naar beneden te laten vervoeren maar bij het inpakken op de verkeerde stapel gelegd. De slaapzak ligt nog halverwege de berg en ik moet wachten. Ik sms de klimmers uit Utrecht om die avond samen te eten en opnieuw mooie verhalen te horen en vertellen over de afgelopen vijf dagen.

Dogubayazit - Erzurum. Een busrit van enkele uren naar het skigebied van Turkije. Nog geen sneeuw op de pistes, mar de aanduidingen van hotels, skischolen en teleferique zijn niet te missen. De bus zet mij af in Erzurum en een taxi rijdt mij weg van de hoofdweg naar het centrum. Weinig toeristen maar aan hotels geen gebrek. Ik verblijf in een hotelkamer om claustrofobisch van te worden. Op het bed gaan staan om de deur dicht te doen.... Aan de hotels te zien val ik met zekere regelmaat in de low-budgetklasse maar zo dineer ik 's avonds in de aanbevolen restaurants. Güzelyurt Restorant evenaart precies de sfeer zoals in de gids staat omschreven. Een Turkse mezze vooraf, oriëntaalse salade en de specialiteit van het huis; mantarli güveç. Een stoofpot van lamsvlees, tomaten, rode peper, ui, champignons en kaas. Een heerlijke maaltijd compleet met Raki.
Ik check de omlijnde tekst uit de LonelyPlanet over versnelde visumaanvragen op het Iraans consulaat. Nederlanders schijnen in Erzurum binnen een uur een visum te kunnen regelen voor Iran. Bijzonder want bij de ambassade in Ankara en in andere landen is de wachttijd minimaal twee weken. Gechecked, de eigen reisgids bijgewerkt en aan het einde van de ochtend naar Yusufeli.
Een overvolle bus met kleine krukjes in het gangpad. Iedere beschikbare plaats wordt gebruikt voor het vervoer van iets of iemand. Een busrit door de mooie natuur van het noordoosten van Turkije.
Na één overnachting verruil ik de boomhut in Yusufeli voor een chalet hoog in de bergen van Barhal. Nog steeds in de groene omgeving van het Kaçkar gebergte zijn dit de plaatsen om na de beklimming van de Mt. Ararat te relaxen of een mooie trektocht te maken.
Vooral nu het nog kan. Door werkzaamheden aan een grote stuwdam bij Artvin zal Yusufeli en omgeving onder water komen te staan. Inwoners van Yusufeli zullen hoger in de bergen moeten gaan wonen maar er is gegarandeerd dat historiche Georgische kerken niet onder water komen te staan. Duidelijk is te zien dat deze plannen de toeristische ontwikkelingen geen goed doen en dat inwoners niet precies weten van hoe en wat.

Vanuit Barhal vertrekt alleen 's ochtends om 06.00 uur of aan het eind van de middag een bus terug naar Yusufeli. Een Frans stel met een huurauto heeft gelukkig nog een plaats voor mij tussen hun bagage en brengt mij terug naar Yusufeli.
Via Artvin, waar hard gewerkt wordt aan de gigantische stuwdam tussen twee bergen, stap ik over op de bus naar Hopa.
Zittend naast een barman uit Antalya rijdt de luxe touringcar door de mistige bergen met theeplantages naar de meest oostelijke havenstad aan de Zwarte Zee. Geinteresseerd wordt gevraagd welke plaatsen en steden ik heb bezocht. Verontschuldigend voor het niet bezoeken van Bodrum, Marmaris en Alanya laat ik voor het gemak mijn ingetekende route zien op de kaart van Turkije. Grote ogen bij het zien van de met pen ingekleurde wegen door het zuidoosten van Turkije. Een gevaarlijk gebied waar hij liever niet komt. Een uitleg komt niet want, zo zegt hij, ik zal het allemaal niet begrijpen. Een uitgelezen kans om te zeggen dat ik inderdaad niet begrijp waarom alleen de bergen in het zuidoosten van Turkije grote opschriften in kalk hebben onder geschilderde Turkse vlaggen en de vraag wat er nu precies staat. Geen zin om te praten breng ik het onderwerp terug op 'koetjes en kalfjes', slaap het eerste anderhalf uur van de busrit en lees het een en ander over de geschiedenis van het Ottomaanse Rijk.

Hopa heeft iets van een verlaten industriestad. Grauw, veel grensverkeer met Georgie, een opvallend aantal Oost-Europese straatprostituees en geen enkele toerist. Desondanks is een hotel vinden niet heel gemakkelijk. Er zijn er genoeg maar veel is volgeboekt en ik vraag mij af door wie. Die vraag wordt snel beantwoord als ik een hotel probeer boven mijn budget. De man achter de receptie maakt een gebaar met twee handen onder zijn hoofd en vraagt of ik kom om te slapen. Mijn vermoeden dat hier veel meer gebeurd dan slapen is bevestigd en ik zoek nog even verder. Ik eindig mijn zoektocht in een hotel met een redelijk goed Engels sprekende eigenaar. Ik vraag het een en ander over de buurt en de stad, informeer naar een betere prijs voor de overnachting en geef hem uiteindelijk het voordeel van de twijfel. Vol trots laat hij de hotelkamer zien. De kamer stelt helemaal niets voor en ik inspecteer alles grondig. De lakens zijn schoon maar direct wordt gevraagd of ik nieuwe wil of een andere kleur. Ach, waarom niet. "Doe maar nieuwe en wit is oke hoor!"
Niet veel later is de kamer vergeven van de waspoederlucht en ik vertrek voor een wandeling door de stad. Ik kom terug in het hotel voor een 'hospitality tea', praat over mijn reis door Turkije, de grensovergang met Georgië voor de volgende dag en het achterlaten van bagage in het hotel. Na twee thee excuseert de eigenaar zich met een "I go to change" en hoor ik mijzelf nog zeggen: "Take your time. I'm starving, so I go to look for a nice place to eat. See you tonight. Goodbye".
Tegen half elf kom ik terug. De eigenaar, nog steeds even vriendelijk, leunt tegen een auto en de desillusie begint te komen. Ik open de deur van de hotellobby en daar zitten drie forse vrouwen gekleed in legging en te kleine shirts, blond getoupeerd haar en felroze lipstick. Zonder dat ik wordt lastig gevallen stap ik met een opgetrokken wenkbrauw het trappenhuis in en passeer halverwege een oude man met zijn onderbroek achterstevoren. Dit kan toch niet gekker!?
Als enige gast op de derde verdieping en starend over de Zwarte Zee, overdenk ik om te vertrekken. Niet precies wetend waar naartoe en gebrand op een goede nachtrust voor de komende grensovergang, blijf ik. Na overnachtingen in kloosters, een boomhut, chalet, luxe, primitieve, kleine en riante hotelkamers kan dit er ook nog wel bij. Desondanks wordt dit een eerste overnachting met kleren aan.

Vroeg in de ochtend naar de grens Turkije-Georgië. "Where are you from?" Na een beleefd antwoord: "The Netherlands" is de sfeer meteen goed. Waar een Nederlandse first lady in Georgië al niet goed voor is. Maar dan begint de verwarring en wordt het ingewikkelder. Op vragen "Where are you going to? Batumi or Tblisi?" probeer ik netjes en eerlijk mijn bestemming duidelijk te maken met een: "No, I'm on my way to Istanbul". De verwarring is begrijpelijk maar ik ga alleen naar Georgië voor een Coca Cola met Georgisch opschrift en terug naar Turkije voor een nieuw visum. Zo ga ik om 8.30 uur Georgië in en om 10.30 uur Georgië weer uit.
Ik ontmoet een Amerikaan die ook de 23e in Istanbul wil zijn en samen reizen we de volgende dagen langs de steden aan de Zwarte Zee. De theetuinen van Rize het Sumela klooster in de buurt van Trabzon en de Ottomaanse architectuur van Amasya, zuidelijk van Samsun. Ik zie het allemaal opweg naar de culturele hoofdstad. Istanbul; het knooppunt tussen Europa en Azië met treinen naar Budapest en Teheran. Traditioneel en modern, conservatief en vooruitstrevend, westers en een orientaalse sfeer.
Een goed hotel in een mooie en niet-toeristische buurt aan de Europese kant van Istanbul. Een uur wandelen van het toeristische centrum en veel restaurants en koffiehuizen om de hoek.
Het adres voor het bruiloftsfeest is niet compleet en telefoonnummers zijn buiten gebruik. Nu het feest (voor mij) niet doorgaat probeer ik in een week alles te zien in Istanbul. De mooie en uitgebreide boekwinkels, geurige en kleurige bazaars, koffiehuizen en restaurants, het Topkapi paleis, Aya Sofia, de Blauwe moskee en de ferrytochten over de Bosporus.

12 augustus, 2006

Beklimming Mt. Ararat

Zaterdag 5 augustus
'Bring your favorite candy and chocolate bars' stond in het laatst ontvangen emailbericht van de Turkse outdoorspecialist 'Explorer'. Met een tas vol snickers, twee rollen volkorenbiscuit en wat fruit voor de dag zelf ben ik klaar met inkopen. Een motorfiets met provosorische zijspan brengt mij van het centrum van Doğubayazit naar het Golden Hill hotel vlak buiten de stad. Het meest primitieve vervoer zet mij af voor de deur van het meest luxe hotel van de stad.
Atilla, 's winters ceramisch artiest in Ankara en 's zomers gids/campcook, wijst mijn kamer, vertelt in zeer gebrekkig Engels wanneer de rest van de groep komt en dat ik om 20.00 uur kan aanschuiven voor het diner. Mijn paspoort wordt ingenomen voor het maken van verschillende kopieen en ik verplaats mijzelf tussen de hotellobby en het kleine kamertje van mijn hotelappartement. De maagklachten zijn nog niet over en ik vrees dat de beklimming zo een extra grote uitdaging gaat worden.
Tegen achten arriveert de rest van de groep. Vier mannen en een vrouw uit Ankara, een man uit Istanbul en de tweede Turkse gids. 'Hoşgeldiniz' (=welkom) zegt Atilla en doet een introductie van wat te wachten staat, hoe het dagschema eruit zal zien en wat men vooral niet moet vergeten. Tot laat in de avond drink ik koffie met de andere klimmers en ga volledig op in een groep waarvan er slechts één heel goed Engels spreekt.


Zondag 6 augustus
Half acht ontbijt en om acht uur naar de supermarkt voor de laatste inkopen. Met een afgeladen bus langs een commando post voor het achterlaten van kopieen van de identieitsbewijzen en richting de voet van de berg totdat de weg ophoudt. Op circa 2.000 meter is het begin van de trekking. Na het onweer en hevige regen van afgelopen week is er een blauwe hemel met stralende zon en een goede weervoorspelling voor de komende dagen. Tenten, grote koelboxen, tafels, een ligstoel en een gitaar (!) en bagage die je onderweg niet nodig zult hebben, alles wordt door paarden naar de verschillende kampen op de berg gebracht. Behalve mijn bagage. Omdat ik slechts één rugtas heb, draag ik(behalve de klimspullen) alles zelf.
In een langzaam maar erg aangenaam tempo met verschillende rustpauzes, wandelen wij over een langgerekt pad in ruim vier uur naar kamp 1 op 3.000 meter. De tafels zijn al half gedekt, tenten staan klaar en de thee is gezet.


Maandag 7 augustus
Zeven uur 's ochtends een uitgebreid ontbijt en om half negen vertrek voor een acclimatisatie naar 4.200 meter. Een stenig pad stijler omhoog en een kort verblijf in kamp 2 alvorens aan de terugweg te beginnen. Een wandeldag van ongeveer acht uur en een zware training voor de knieen. Men adviseerd dagelijks een aspirine te slikken. Dat schijnt het bloed makkelijk te doen stromen door de aderen. De brandende zon, fysieke inspanning, opperste concentratie en de ijle lucht zijn echter een goede combinatie voor een flinke hoofdpijn. Bij terugkomst in kamp 1 gaan dan ook direct de schoenen uit voor een korte namiddagrust in de tent. Erg kort, want ik wordt al geroepen; 'Frank, two people from Holland here!' Een stel uit Utrecht dat allebei 25 kg. aan uitrusting de berg opsjouwt. In alles voorzien maar zonder gids en formele toestemming voor de bergbeklimming worden de twee met Turkse gastvrijheid in de groep opgenomen en vertrekken de volgende dag ook naar kamp 2.

Dinsdag 8 augustus
7.30 uur op. Kamp afgebroken en om 8.30 uur op weg naar kamp 2. Een rustig tempo en om 13.00 op 4.200 meter. De gids dringt aan nog 30 minuten te stijgen voor een gewenning aan de hoogte. Kamp 2 is een stenig veld op de berg met vlakke delen voor de tenten. Er heerst geen chaos die je in basiskampen zou verwachten, maar dat hangt waarschijnlijk samen met de te nemen moeite om de berg te mogen/kunnen beklimmen. Kamp 2 is daarentegen ook geen plaats om heel lang te blijven om tot rust te komen. Onder iedere steen die je optilt vind je de sanitaire verrassing van een andere bergsporter. En stenen heb je nodig voor het vastzetten van scheerlijnen en tentharingen tegen de harde wind in de avonden.
Conditie: spraakvermogen is goed, niet misselijk, buikkramp is over en genoeg hoofdpijn voor twee aspirines.
Weersvoorspelling voor de nacht: heldere hemel, geen kans op storm of regen en volle maan.

Woensdag 9 augustus
02.00 uur op. Een slechte nachtrust. Licht geslapen en een diepe hardslag. Geen eetlust, maar tegen heug en meug eet ik een snicker en drink 3 koppen thee. Nog een paracetamol en vertrek om 03.00 uur.
Laag over laag in de thermokleding, muts en sneeuwbroek en bij het opgaan van het sneeuwveld shawl, handschoenen en regenjack aan.
De laatste 250 meter stijgen met stijgijzers en pickel. Op 2 meter van de top met de gehele groep op één rij en hand in hand de laatste meters. De top van de Mt. Ararat (5.165 meter) om 8.30 uur. Omhelzingen, felicitaties en met vlaggen op de foto. Velen bellen naar huis [...] en 20 minuten later beginnen we aan de afdaling.
12.30 uur terug in kamp 2. Een welkom met thee, koffie en taart. In een roes van blijdschap en trots kijk ik de rest van de dag zittend op een steen naar de besneeuwde top van deze bijzondere berg. De Ark van Noack is trouwens niet gezien.

Donderdag 10 augustus
07.30 uur op. 08.15 uur vertrek en vier uur later terug op 2.000 meter.
Terug in het hotel stap ik met kleren aan onder de douche. Alles is vies en stoffig.
Opgefrist en enkele uren later vertrek ik met de groep naar een restaurant in de stad. Een begin van een gezellige avond die eindigt op het dak van het hotel. Speeches en sterke verhalen. Aan elkaar en over elkaar.

Vrijdag 11 augustus
Ze weten niet wat ze zien. Iedereen vertrekt om 06.00 uur richting het vliegveld van Van en ik sta in de lobby van het hotel om uit te zwaaien. Een bijzondere groep met een fantastiche organisatie is één van de hoogtepunten in de reis geworden.



Gedurende de beklimming vond in het Golden Hill Hotel het 'World Champion Chess under 16' plaats. Een vlag van de Turkse Schaak Federatie is meegenomen naar de top van de Mt. Ararat voor een speciale fotoshoot. Voor foto's klik hier.

02 augustus, 2006

Syrië - Turkije

Vanuit Latakia in acht terug naar Deir ez Zur. De temperatuur is onaangenamer dan één week geleden. De elektronische aanduiding op het plein geeft middernacht nog 40 graden aan en de wind blaast als een fohn door de straten. Na een dag reis ik dan ook verder naar de Syrische grensplaats Qamishle. De trein vertrekt vanaf het goederenstation en de conducteur maakt met veel handgebaren duidelijk dat ik 2e klas aan het reizen ben en dat ik mijn bagage en mijzelf naar de 1e klas moet verplaatsen. Dat staat immers op mijn vervoerbewijs.
De treinreis door het oosten van Syrië gaat door een woestijn van zand en stenige vlaktes met hier en daar een telefoonpaal zonder kabels.
Na veel vertraging bij vertrek en een reis van drie uur rijd ik het treinstation van Qamishle binnen. De grens is slechts 1 km van het centrum en kan alleen te voet worden gepasseerd. Omdat mijn sportvisum voor Turkije slechts 1 maand geldig is en ik 'ja' heb gezegd op de uitnodiging van een Arabisch bruiloftsfeest in Istanbul, rek ik tijd in Syrië voordat ik de entreedatum van Turkije in mijn paspoort laat stempelen.

Ik slenter door de paar straten van Qamishle, een stad met veel Koerden. Een Koerdische zender op de radio en KurdTV te ontvangen in mijn hotelkamer. Op de markt spreek ik een aantal fruithandelaren. Na het gebruikelijke "what,s your name?" en "where are you from?" teken ik schematisch Nederland en de andere landen van noordwest Europa. Mijn staatkundige tekening wordt direct beantwoord met een tekening van Syrië, Turkije, Irak en Iran en de precieze grenzen van Koerdistan in deze landen[...].

Bezienswaardigheden zijn er niet, de zonneschijn is ongekend fel, geen natuurschoon en er heerst een toenemende saaiheid in de straten.
Eerder dan verwacht passeer ik 24 juli de grens.
Aan de Syrische grens is een computerstoring dat de hele standaardprocedure in het honderd doet lopen. De namen van uitreizende personen worden nu in een groot boek genoteerd en na enig oponthoud reis ik met een reislustig Nederlands echtpaar Syrië uit.
In Turkije probeert de grenspolitie nog 10 dollar te innen voor 3 entree stempels, maar beseft, bij vragende blikken, dat wij (bijna) precies weten wanneer wel en niet moet worden betaald. Nu dus niet!

Niet eerder een grenspassage meegemaakt in deze reis waarbij verschillen tussen twee landen zo duidelijk zichtbaar zijn. Niet alleen wordt er weer een andere taal gesproken en zijn de cijfers en letters zonder enige inspanning weer leesbaar (de betekenis weliswaar onbekend) ook worden de hoofddoeken anders geknoopt, hebben de theekopjes de typisch Turkse vorm en ziet men veel mannen met wollige colberts, platte petten of gebreide mutsen en borstelige snorren. Pespi cola wordt aangeprezen door Turkse popsterren in plaats van Arabische zangeressen en de openbaarveroerbussen zijn van ongekende luxe.
Vanaf de Turkse grensplaats Nusaybin reis ik naar Dyarbakir en ga met de nachtbus naar Dogubayazit. Negen uur in een luxe bus met twee chauffeurs, twee stewards, te drinken wat je wilt, een Turkse film en een grote fles odeklonje zodat iedereen fris blijft.
Zes uur 's ochtends arriveer ik in Dogubayazit. Een kleine stad aan de voet van de Mt. Ararat met veel (agressieve) straathonden, één winkelstraat, grote militaire bases, wachttorens op de omliggende heuvels en de Iraanse grens op 30 km afstand.
Ik wacht hier tot 5 augustus en vind snel mijn draai in de stad. Ik leer biljarten en backgammon spelen in het plaatselijke koffiehuis, zie de verschillen tussen de eerste, tweede en derde dag van een Turkse bruiloft en ontmoet een avontuurlijk Nederlands echtpaar die mij trakteren op patat met frikadel (!) Ik drink thee met vele ondernemers, raak gefascineerd door de Turkse slagerijen (waar werkelijk nog geen enkele hygiënecode is doorgedrongen) en vervloek een dag later voor het eerst de Tukse toiletten.
Op mijn weg naar het Turkse stoombad hoor ik van Duitse toeristen dat er achter het hotel een schietpartij is. De PKK wordt genoemd, maar verder weet niemand er iets van. Niets te lezen op het internet en in mijn hotel hoor ik geen nieuws. Weliswaar is in 2004 het staakt het vuren beeindigd, volgens mij zijn de schoten de feestelijke afsluiting van de bruiloft.
Terug van de hamam blader ik in het hotel door de Turkse krant en zie de commercials op tv. Aabiedingen van mobiele telefoons en vakantiehuisjes aan de Turkse rivièra worden overal aangeprezen. Maar alle prijzen zijn in euro's. Is 'Turkije in de EU' al een feit of devalueert de Turkse Lira heel snel?