
De treinreis door het oosten van Syrië gaat door een woestijn van zand en stenige vlaktes met hier en daar een telefoonpaal zonder kabels.
Na veel vertraging bij vertrek en een reis van drie uur rijd ik het treinstation van Qamishle binnen. De grens is slechts 1 km van het centrum en kan alleen te voet worden gepasseerd. Omdat mijn

Ik slenter door de paar straten van Qamishle, een stad met veel Koerden. Een Koerdische zender op de radio en KurdTV te ontvangen in mijn hotelkamer. Op de markt spreek ik een aantal fruithandelaren. Na het gebruikelijke "what,s your name?" en "where are you from?" teken ik schematisch Nederland en de andere landen van noordwest Europa. Mijn staatkundige tekening wordt direct beantwoord met een tekening van Syrië, Turkije, Irak en Iran en de precieze grenzen van Koerdistan in deze landen[...].
Bezienswaardigheden zijn er niet, de zonneschijn is ongekend fel, geen natuurschoon en er heerst een toenemende saaiheid in de straten.
Eerder dan verwacht passeer ik 24 juli de grens.
Aan de Syrische grens is een computerstoring dat de hele standaardprocedure in het honderd doet lopen. De namen van uitreizende personen worden nu in een groot boek genoteerd en na enig oponthoud reis ik met een reislustig Nederlands echtpaar Syrië uit.
In Turkije probeert de grenspolitie nog 10 dollar te innen voor 3 entree stempels, maar beseft, bij vragende blikken, dat wij (bijna) precies weten wanneer wel en niet moet worden betaald. Nu dus niet!

Niet eerder een grenspassage meegemaakt in deze reis waarbij verschillen tussen twee landen zo duidelijk zichtbaar zijn. Niet alleen wordt er weer een andere taal gesproken en zijn de cijfers en letters zonder enige inspanning weer leesbaar (de betekenis weliswaar onbekend) ook worden de hoofddoeken anders geknoopt, hebben de theekopjes de typisch Turkse vorm en ziet men veel mannen met wollige colberts, platte petten of gebreide mutsen en borstelige snorren. Pespi cola wordt aangeprezen door Turkse popsterren in plaats van Arabische zangeressen en de openbaarveroerbussen zijn van ongekende luxe.
Vanaf de Turkse grensplaats Nusaybin reis ik naar Dyarbakir en ga met de nachtbus naar Dogubayazit. Negen uur in een luxe bus met twee chauffeurs, twee stewards, te drinken wat je wilt,

Zes uur 's ochtends arriveer ik in Dogubayazit. Een kleine stad aan de voet van de Mt. Ararat met veel (agressieve) straathonden, één winkelstraat, grote militaire bases, wachttorens op de omliggende heuvels en de Iraanse grens op 30 km afstand.
Ik wacht hier tot 5 augustus en vind snel mijn draai in de stad. Ik leer biljarten en backgammon spelen in het plaatselijke koffiehuis, zie de verschillen tussen de eerste, tweede en derde dag van een Turkse bruiloft en ontmoet een avontuurlijk Nederlands echtpaar die mij trakteren op patat met frikadel (!) Ik drink thee met vele ondernemers, raak gefascineerd door de Turkse slagerijen (waar werkelijk nog geen enkele hygiënecode is doorgedrongen) en vervloek een dag later voor het eerst de Tukse toiletten.
Op mijn weg naar het Turkse stoombad hoor ik van Duitse toeristen dat er achter het hotel een schietpartij is. De PKK wordt genoemd, maar

Terug van de hamam blader ik in het hotel door de Turkse krant en zie de commercials op tv. Aabiedingen van mobiele telefoons en vakantiehuisjes aan de Turkse rivièra worden overal aangeprezen. Maar alle prijzen zijn in euro's. Is 'Turkije in de EU' al een feit of devalueert de Turkse Lira heel snel?